Zaterdag 5 november 2016 mocht Raadsheer 3 aantreden tegen RDS 1 in het idyllische Sint-Oedenrode. Uit mijn ernstige partijvoorbereiding bleek dat het een daar een dam- en schaakvereniging betrof. Ik was er dus gerust in, te meer door ons succes op de eerste speeldag, al was RDS op papier een heel stuk sterker in het dammen, en in het schaken.
Met verschillende voertuigen trokken wij richting aldaar, Naomi op eigen kracht was er bijna een dag te vroeg, zo goed is de vorm, ikzelf en Jan en gevolg arriveerden ook ruim op tijd, Maikel en Rico vonden ook de parking, en uiteindelijk ook de goed verstopte maar mooie cafetaria-speelzaal ‘De Helden van Kien’. Kortom, iedereen leek in blakende vorm, ook de tegenstrevers dus. De sfeer zat goed, de stoelen ook goed zat, en de bar was nooit veraf, de bediening uiterst sympathiek doch discreet, het uitzicht prachtig, de toiletten verzorgd, het schemerlicht top.
Naomi op bord 5 leek mij redelijk comfortabel te staan tegen Ad Verhagen (1547) maar kon haar dreiging niet echt doorzetten en liep op een ernstige counter vermoed ik.
Ook Maikel, op bord 1, kon tegen John ten Ham (1902) nooit echt onder de druk uitkomen. En bezweek niet onlogisch redelijk snel.
Adrie pijnigde duidelijk ernstig zijn hersens, maar Daan Geboers (1811) leek een maatje te groot wat Adrie ook in gedachten had. Moedig moest hij zijn meerdere erkennen.
Intussen had ik kunnen winnen van Harry Willems (1590).
Na een uur of twee of drie kwam volgende stelling op het bord; ik had de e-pion geofferd om zwarts toren naar e3 en mijn paard naar d5 te krijgen.
Ik speelde hier 21. Pf6+. En wat ik enigszins verwachtte, speelde Harry 21…-Kf8 (ipv te slaan met de dame bvb), in de wetenschap dat mijn paard bij het slaan van de loper een vogel voor de kat was, maar hij zag over het hoofd dat zowel Pf6 als Pc5 m.i. winnend is voor wit. Het ging verder:
22. Pxd7+, Ke7; 23. Pf6, Kxf6; 24.Dd4+, en Harry gaf op. 1-0.
Captain Jan kreeg Martijn Bax tegenover zich, die nog in volle ontwikkeling is (zoals wij allen) met een rating van reeds 1692. Die maakte geen fouten, en met de promotiedreiging van een van zijn doorgelopen pionnen kon hij de winst forceren ondanks goed verweer van Jan.
Ik had nog goede hoop. Luuk had een mooie aanval met constante matdreiging, Kees zette een zware aanval op de koningsstelling op, en Rico had een gelijke stelling met mogelijkheden in het eindspel. Zou het onmogelijk geachte toch realiteit worden?
Rico hield gelijke tred met Bert de Laat (1646) maar stuurde in het eindspel zijn koning één keer de verkeerde kant op; dit bleek voldoende voor het verlies.
Luuk met een loperpaar tegen een toren en twee pluspionnen kon tegen Jan van Lanen (1473) zo knap remise spelen, meer zat er helaas niet in.
En Kees had een stuk voor twee pionnen, maar Raph Eijkenboom (1305) wist een ontketende Kees toch af te houden, bood remise aan, maar Kees zag even de vertwijfeling bij de tegenstander en speelde voort, om even later toch verdiend tot remise te besluiten.
Met 6-2 verlies kunnen wij niet tevreden zijn, maar het feit dat iedereen tot het uiterste ging ondanks het dikwijls grote ratingverschil, toont aan dat nog van alles mogelijk is in deze competitie, in eerste instantie voor Raadsheer 3.
Gloria Victis!
Veni Vidi Perri