Op 21 maart jl., de internationale dag tegen racisme, vroegen twee topschakers om bijzondere aandacht voor dit gevoelige onderwerp wat de wereld in stukken dreigt te splijten. Wereldkampioen en nummer 1 op de ranking, Magnus Carlsen uit Noorwegen, speelde die dag in Oslo een partij tegen de nummer vier van de wereld, Anish Giri. Om te benadrukken dat kleur geen enkel voordeel mag opleveren speelden de grootmeesters een partij waarin ze van de ijzeren regel afweken dat wit mag beginnen. In deze partij mocht zwart de eerste zet uitvoeren. Giri is een kind van drie culturen. Hij is in Rusland geboren, heeft een Nepalese vader en een Russische moeder, is opgegroeid in Nederland en bezit ook deze nationaliteit. Wie anders dan hij moest Carlsen voor deze partij uitnodigen! Het initiatief, genaamd “Move to Equality”, trok wereldwijd enorm veel aandacht. Om een extra statement te maken werd de partij niet uitgespeeld zodat er geen winnaar of verliezer was.
Misschien een leuk idee om volgend jaar op 21 maart bij De Raadsheer een schaaktoernooi te organiseren waarin zwart de eerste zet mag uitvoeren en dus de partij mag beginnen. Maar, beste lezers, hier zullen we het dan mee moeten doen want tot een wezenlijke verandering van de spelregels zal “Move to Equality” voorlopig niet leiden. Waarschijnlijk tot opluchting van veel schakers want als je de eerste zet mag doen, met wit dus, dan begin je sowieso al met een voorsprong. Ofschoon het met de huidige kennis van het schaakspel op de dag van vandaag niet zoveel meer uitmaakt als vroeger of je met wit of met zwart speelt, kiezen veruit de meeste spelers toch voor de witte stukken als ze het voor het zeggen hebben. Simpelweg omdat je dan het spel mag beginnen en de zwartspeler toch min of meer moet afwachten voor welke openingszetten de witspeler kiest. Rene Roks, verre van een racist, toonde vorige week donderdag in zijn partij tegen Adrie van Opdorp wel degelijk aan dat je met wit snel in het voordeel kunt komen. Na amper vijf zetten zat Van Opdorp al zo in het nauw dat hij om op de been te blijven zowel een pion moest weggeven als zijn rokade moest opgeven. Vervolgens verdedigde hij zich nog heel taai, hij sputterde nog lang tegen, maar na 3 uur spelen moest hij toch zijn koning omleggen. Het was trouwens opvallend dat bij zes van de zeventien partijen de zwartspeler met de winst aan de haal ging. Slechts eentje minder dan wit. En vier partijen eindigden in remise. Dus zo slecht komt “Move to Equality” er bij De Raadsheer nog niet van af.
Uitslagen van de 6e ronde van de bekercompetitie:
Hans van der Linden-Jan Vriends 1-0.
Daan van Dongen- Jos van Ginneken 1-0.
Leo Rietveld- Pascal Roos 0,5-0,5.
Luuk van Dongen- Jorrit Havermans 0-1.
Rene Roks- Adrie van Opdorp 1-0.
Willem de Kort- Niek Oostvogels 0-1.
John van Dijk- Andre van der Laar 1-0.
Rick Mertens- Erik Roks 0-1.
Adrie Domen- Richard Pijl 0,5-0,5.
Thijs van Opstal- Hannie Hermans 1-0.
Lia van Hooijdonk- Jan de Kort 0-1.
Herman Krijnen- Corrie Daamen 0-1.
Jan van den Berg- Christ de Veth 0,5-0,5.
Lars van Opstal- Mark Schraets 0-1.
Johan Goorden- Ron Been 1-0.
Bernadette Egeric- Rene Verheijen 0,5-0,5.
Arno van den Hoogen- Ina Asselbergs 1-0.